De rol van voeding bij kanker is door artsen over de hele wereld beschreven. Dat de groei van kanker vertraagd kan worden met natuurlijke voedingsstoffen, is door wetenschappelijk onderzoek simpelweg bewezen. De functie van een gezonde voeding bij kanker wordt dan ook door steeds meer artsen ingezien. Onderstaande opsomming bevat de stoffen waarvan uit de literatuur blijkt dat zij de belangrijkste zijn.
Met nadruk spreken we hier van ‘voedingsstoffen’, niet van ‘voedingsmiddelen’. De warenwet bepaalt namelijk dat er geen therapeutische eigenschappen mogen worden toegeschreven aan voedingsmiddelen, alleen aan voedingsstoffen. Als u persoonlijk advies wilt over welke voedingsmiddelen en voedingssupplementen in uw geval een positief effect zouden kunnen hebben, kunt u contact opnemen met Jeanine Slot, orthomoleculair therapeut en maker van deze website.
We bezorgen onszelf kanker door het eten van gewoon, alledaags, bewerkt eten.”
prof. B.S. Peskin
(Het verzwegen verhaal over kanker), uitg. Succesboeken
Zuurstof
Begin vorige eeuw ontdekte de Duitse arts en biochemicus dr. O.H. Warburg (1883-1970) dat een cel verwordt tot kankercel als de cel meer dan 35% zuurstof tekort komt. Deze ontdekking was het resultaat van decennia lang onderzoek naar kanker. Het onderzoek van Warburg is vervolgens in de vergetelheid geraakt. Het is de verdienste van de Amerikaanse voedingsdeskundige Prof. B.S. Peskin om dit weer onder de aandacht te brengen.
Cruciaal aspect van de ontdekking van Warburg is dat een zuurstoftekort in de cel niet wordt veroorzaakt door een te laag zuurstofgehalte in het bloed. De hoeveelheid zuurstof in de cel wordt niet zozeer bepaald door de aanvoer van zuurstof, maar vooral door de doorlaatbaarheid van de celmembraan.
Aangezien de celmembraan voor een belangrijk deel wordt gevormd door vetcellen, is voeding van de celmembraan met de juiste vetzuren van belang voor het functioneren van de celmembraan. De consumptie van industrieel bewerkte vetten en oliën vermindert het functioneren van de celmembraan en daarmee de doorlaatbaarheid. Onbewerkte vetten en oliën zijn een optimale voeding voor de celmembraan en bevorderen het zuurstoftransport naar de cel juist.
Voor meer informatie:
Prof. B.S. Peskin, Het verzwegen verhaal over kanker, uitg. Succesboeken
I never believed that cancer was a curable disease. Now, in the light of what we have discovered, I believe that cancer is curable.”
Prof. dr. G.A. Potter
(B.A. Schaefer, Salvestrols – Nature’s defence against cancer), uitg. Clinical Intelligence Corp
Salvestrolen
De naam ‘salvestrolen’ is door de Engelse klinisch chemicus prof. dr. G.A. Potter gegeven aan een groep stoffen in planten die zorgen voor de afweer van de plant tegen schimmels.
Kenmerkend voor deze stoffen is dat ze reageren op een bepaald enzym, gecodeerd als CYP1B1 (CYP = Cytochrome P450).
De cruciale ontdekking van de Schotse farmacoloog prof. dr. M.D. Burke was dat dit enzym uitsluitend in kankercellen te vinden is. In gezond weefsel komt dit enzym niet voor.
De grote ontdekking van deze wetenschappers, die beide uit het reguliere kankeronderzoek komen, is dat salvestrolen met het enzym reageren tot een stof die de apoptose, oftewel de celdood, in gang zet. Het grote pluspunt daarbij is dat het omliggende weefsel daarbij in tact blijft.
“Salvestrols are the most significant breakthrough in nutrition since the discovery of vitamins.”
Prof. dr. M.D. Burke
(B.A. Schaefer, Salvestrols – Nature’s defence against cancer), uitg. Clinical Intelligence Corp
Voor meer informatie:
- www.salvestrolen.nl
- B.A. Schaefer, Salvestrols – Nature’s defence against cancer, uitg. Clinical Intelligence Corp
Vitamine C
De Hongaarse arts A. Szent-Györgyi (1893-1986) heeft in 1937 de Nobelprijs gekregen voor het ontdekken van vitamine C.
Grappig detail is dat hij de basis van zijn onderzoek hiervoor heeft gelegd in de tijd dat hij in Nederland werkte, aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Szent-Györgyi was één van de eersten die kanker als een verstoring van het lichaam als geheel zagen in plaats van als een op zich zelf staande ziekte.
De Amerikaanse scheikundige L. Pauling (1901-1994) is de enige ter wereld die twee ongedeelde Nobelprijzen heeft gekregen. Eén was voor de scheikunde en één was voor de vrede. In de jaren ’70 heeft hij de werking van vitamine C aangetoond bij mensen met kanker. De term ‘orthomoleculaire geneeskunde’ is door hem geïntroduceerd.
In de voetsporen van Szent-Györgyi en Pauling draagt de Duitse arts M. Rath het belang van vitamine C uit. Hij benadrukt daarbij dat het verspreiden van kanker door het lichaam voorkomen kan worden door stabiel bindweefsel. Voor het behoud van stabiel bindweefsel is vitamine C de eerste vereiste.
Gek genoeg kan ons lichaam zelf geen vitamine C aanmaken. We zijn dus volledig afhankelijk van de inname van voldoende vitamine C met de voeding.
Door onze verarmde landbouwgrond en onze bestrijdingsmiddelen bevat groente en fruit nog maar een fractie van de hoeveelheid vitamine C vergeleken met een halve eeuw geleden. Ter voorkoming van een heel scala aan aandoeningen is extra toediening van vitamine C helaas voor ons allemaal noodzaak geworden. In het geval van kanker geldt dit in versterkte mate.
Vitamine C heeft het specifieke vermogen om te voorkomen dat bindweefsel wordt binnengedrongen door kankercellen die zich verspreiden door het lichaam. Volgens Rath wordt vitamine C bij deze taak ondersteund door:
- EGCG (epigallocatechine-gallaat), een belangrijk bestanddeel van groene thee
- L-lysine, een bouwsteen van bindweefsel
- L-proline, ook een bouwsteen van bindweefsel
Van deze stoffen wordt alleen L-proline door ons lichaam zelf geproduceerd. De andere stoffen zullen we in voldoende mate met de voeding naar binnen moeten krijgen.
Voor meer informatie:
- Dr. M. Rath en Dr. A. Niedzwiecki, De overwinning op kanker!, uitg. Dr. Rath Health Foundation
- www.drrathresearch.org
Selenium
Het sporenelement (mineraal dat in kleine hoeveelheden in onze voeding voorkomt) selenium is een belangrijk onderdeel van het anti-oxidante afweersysteem van het lichaam. Het gaat de ontwikkeling van kanker tegen door het afremmen van bepaalde enzymen. Onderzoek wijst uit dat seleniumrijke voeding bij kanker de sterftekans kan verlagen en dierproeven bevestigen dat het de groei van kanker kan vertragen. Selenium komt veel voor in paranoten.
Bronnen:
- M. Rath, arts, De overwinning op kanker is nabij, uitg. Dr. Rath Education Services B.V.
- E. Valstar, arts, Voedingsinterventie bij kanker, uitg. Strengholt
Quercetine
Quercetine komt vooral voor in uien, appels en druiven. Het blijkt diverse vormen van kanker te kunnen remmen, met name borstkanker en darmkanker. Het versterkt de werking van hyperthermie, een aanvullende methode om kanker te behandelen met hitte. De werking van quercetine wordt versterkt door vitamine C.
Bron: E. Valstar, arts, Voedingsinterventie bij kanker, uitg. Strengholt
Curcumine
Curcumine is de naam van de medicinale stof in kurkuma longa, oftewel geelwortel, een keukenkruid dat in India veel wordt gebruikt. Kerrie bevat veel kurkuma en dankt haar gele kleur aan kurkuma. Curcumine is heilzaam bij veel aandoeningen, waaronder chronische ontstekingen en kanker. De opname in het lichaam wordt verhoogd door gelijktijdige inname van zwarte peper en olie (olijfolie of lijnzaadolie).
Bronnen:
- E. Valstar, arts, Voedingsinterventie bij kanker, uitg. Strengholt
- dr. D. Servan-Schreiber, arts, Antikanker, Een nieuwe levensstijl, uitg. Kosmos
“Amerikaanse wetenschappers hebben berekend dat wanneer Nederlanders elke dag 25 microgram vitamine D zouden nemen, in ons land op jaarbasis bijna 7000 minder doden als gevolg van kanker te betreuren zouden zijn. Dit is een afname van maar liefst 18%.”
dr. G. Schuitemaker
(Nieuw licht op vitamine D en chronische ziekten), uitg. Ortho Communications & Science
Vitamine D
In onze huid maken we zelf vitamine D aan onder invloed van zonlicht. Verder zit vitamine D in dierlijke producten: vlees, vis, ei, volle melk. De meeste Nederlanders hebben een tekort aan vitamine D, vooral door ons gematigde klimaat. Dit verhoogt het risico op hart- en vaatziekten, suikerziekte, multiple sclerose, botontkalking en kanker.
Vitamine D in hoge dosering blijkt een remmende werking te hebben op diverse vormen van kanker, met name borstkanker, prostaatkanker, blaaskanker, eierstokkanker en darmkanker.
Bronnen:
- E. Valstar, arts, Voedingsinterventie bij kanker, uitg. Strengholt
- dr. G. Schuitemaker, Nieuw licht op vitamine D en chronische ziekten, uitg. Ortho Communications & Science
Vitamine E
Goede bronnen van vitamine E zijn plantaardige olie, noten en zaden. Er is een kankerremmende werking van vitamine E aangetoond bij melanomen (kwaadaardige huidkanker) en prostaatkanker. Bovendien versterkt vitamine E de werking van vitamine A en lycopeen. Vitamine A helpt kanker te voorkomen.
Bron: E. Valstar, arts, Voedingsinterventie bij kanker, uitg. Strengholt
We hebben allemaal een lichaam dat is uitgerust om het groeiproces van tumoren te bestrijden. Het ligt aan onszelf of we die natuurlijke verdediging gebruiken of niet.”
dr. D. Servan-Schreiber, arts
(Antikanker, een nieuwe levensstijl), uitg. Kosmos
Lycopeen
De stof lycopeen komt vooral voor in tomaten. Het lichaam kan lycopeen beter opnemen uit tomaten als ze zijn verhit. Ook de combinatie met olijfolie bevordert de opname. Lycopeen heeft een remmende werking op de groei van prostaatkanker.
Bron: E. Valstar, arts, Voedingsinterventie bij kanker, uitg. Strengholt
Melatonine
Het ‘slaaphormoon’ melatonine maken we zelf aan in de pijnappelklier, vooral als het donker is. Bij licht neemt de productie van melatonine af. De productie wordt verder bevorderd door het aminozuur tryptofaan, door Sint-Janskruid en door vette vis. Bij diverse kankersoorten is de remmende werking op de groei van tumoren door melatonine vastgesteld.
Bron: E. Valstar, arts, Voedingsinterventie bij kanker, uitg. Strengholt
Zwavel
De stof zwavel is van groot belang voor de zuurstofvoorziening van de cel. Ook voor de sulfatie, een belangrijk stofwisselingsproces, is zwavel cruciaal. In de voeding treffen we zwavel vooral aan in vlees, vis, melk en ei. Moerman benadrukte het belang van zwavelrijke voeding bij kanker.
Bron: C. Moerman, arts, Kanker als gevolg van onvolwaardige voeding kan genezen door dieet en therapie, uitg. Ankh-Hermes
“Laat me u na meer dan een halve eeuw praktijkervaring dit meegeven: u kunt meer dan u denkt. Veel meer.”
H.C. Moolenburgh, arts
(U kunt meer dan u denkt – Aanvullende maatregelen om kanker te helpen voorkomen en genezen), uitg. Lemniscaat
Glutathion
Glutathion is de meest bekende en meest belangrijke antioxidant. Het is ook in staat om kanker te remmen. Ons lichaam kan deze stof zelf aanmaken op basis van drie aminozuren. Maar we kunnen de stof ook uit de voeding halen, met name uit asperges, watermeloenen en avocado’s.
Bron: E. Valstar, arts, Voedingsinterventie bij kanker, uitg, Strengholt
Genisteïne
De stof genisteïne komt vooral voor in bessen en rozijnen. Er worden belangrijke anti-kanker eigenschappen aan toegekend, vooral bij borstkanker, darmkanker, prostaatkanker, alvleesklierkanker en leukemie. In het algemeen stimuleert het de “natural killer cellen”, dit zijn cellen die voor de afweer tegen kanker cruciaal zijn.
Bron: E. Valstar, arts, Voedingsinterventie bij kanker, uitg. Strengholt
Germanium
Het sporenelement germanium is ontdekt door een chemicus die genas van kanker na het drinken van het water van Lourdes. Na chemische analyse bleek het water vooral germanium te bevatten. In de praktijk bleek het werkzaam bij kinderen met leukemie. Germanium komt verder voor in o.a. knoflook, ginseng, aloë vera en groene thee.
Bron: H.C. Moolenburgh, arts, U kunt meer dan u denkt – Aanvullende maatregelen om kanker te helpen voorkomen en genezen, uitg. Lemniscaat
Astaxanthine
Astaxanthine is een stof die voorkomt in de alg ‘Haematococcus pluvialis’. Deze alg kan in elke oceaan gevonden worden. Volgens laboratoriumonderzoek kan de stof kanker remmen. De stof stimuleert ook het immuunsysteem.
Bron: dr. G.E. Schuitemaker, Astaxanthine – de algen antioxidant, uitg. Ortho Communications & Science
“Om het einde van de kankerepidemie te realiseren is het opmerkelijk genoeg niet nodig nieuwe medische high-tech procedures te ontwikkelen om deze ziekte de baas te worden.”
M. Rath, arts
(Dr. M. Rath en Dr. A. Niedzwiecki, De overwinning op kanker), uitg. Dr. Rath Health Foundation
Stoffen waarvan wordt beweerd dat zij kanker remmen, maar die verboden zijn in Nederland:
- Vitamine B17 oftewel laetrile, vooral voorkomend in abrikozenpitten
- DCA (dichloorazijnzuur)
- wietolie
“Al het onderzoek naar kanker wijst uit dat genetische factoren in ten hoogste vijftien procent van de sterfgevallen aan kanker een rol spelen.”
dr. D. Servan-Schreiber, arts
(Antikanker, een nieuwe levensstijl), uitg. Kosmos
© Jeanine Slot 2020