Kurkuma is het Indiase keukenkruid dat kerrie haar goudgelen kleur geeft. Het heet ook wel ‘geelwortel’ of ‘koenijt’. De werkzame stof is curcumine. Het komt van de plant Curcuma longa, uit de familie van de gemberwortel.

De effectiviteit van kurkuma in het remmen van chronische ontstekingen en kanker krijgt meer en meer erkenning.

Nadeel van kurkuma is dat het lichaam de werkzame stof van kurkuma, curcumine, moeilijk kan opnemen. Daarbij komt dat het lichaam die werkzame stof makkelijk afbreekt en uitscheidt. Dit kan worden ondervangen op twee manieren. Als eerste door kurkuma gelijktijdig in te nemen met zwarte peper.

Zwarte peper verhoogt opname van kurkuma

Het effect van zwarte peper is dat de opname van curcumine vanuit de darm wordt verhoogd. Verder remt zwarte peper de afbraak van curcumine in de lever, zodat de curcumine langer in het lichaam beschikbaar blijft. Bovendien zorgt zwarte peper ervoor dat curcumine langer in de cel aanwezig blijft.

Vetbolletjes

Als tweede kan de opneembaarheid van curcumine worden verhoogd door een speciale manier van bereiden. Dit proces heet SLCP (solid lipid curcumin particles). Hierbij zit de curcumine in vetbolletjes in plaats van dat de curcumine los het lichaam binnen komt en snel kan worden afgebroken. Deze vetbolletjes komen via de lymfe het lichaam binnen in plaats van via de darm. Langs deze weg komen ze ook niet door de lever die ze kan afbreken en uitscheiden.

Op deze manier is de beschikbaarheid van curcumine voor het lichaam 65x groter dan wanneer curcumine los wordt aangeboden. Het blijft natuurlijk prima om kerrie over het eten te doen, maar voor de werkzaamheid bij kanker is deze vorm wèl zo effectief.

Bijkomend voordeel is dat curcumine in deze vorm de bloedhersenbarriè passeert. Met name bij hersentumoren is dit cruciaal.

Voor meer informatie, zie de website van Stichting Orthokennis over kurkuma.

© Jeanine Slot 2019